Gedachten Eener Koningin Met Gedenkboek Carmen Sylva - nomlb.herokuapp.com. Om een verhaal of een roman te kunnen lezen moet de lezer zich interesseren voor het verhaal en de personages. Ze moeten ze voor hun geestesoog kunnen zien. Een bijdrage tot de geschiedenis van den roman in de XVIIIe eeuw. ROBINSON CRUSOE IN NEDERLAND. PET. HOOGLEERAAR IN DE FACULTEIT DER RECHTSGELEERD- . HEID, TEGEN DE BEDENKINGEN VAN DE FACULTEIT IN. HET OPENBAAR TE VERDEDIGEN OP ZATERDAG 1. Nederland, in de gedaante eener Vrouwe, houdende de Speer der V rijheid in de. AANKOMST rAN DEN PRINS EN DE PRINSES PAN ORANJE UIT ENGELAND IN. The inflow of Roman coins to the east-of-the-Vistula. Hoe de roman met Trijn van Leemput als cultural. Naar aanleiding eener schilderij, voorstellende de belegering van het kasteel. JUNI. 1. 90. 7, DES NAMIDDAGS TE 3 UUR DOOR WERNER. HENDRIK STAVERMAN, GEBOREN TE TWELLO. De Professoren. Symons, Ivern, Heymans, Huizinga en de Heer Pol, en. Professoren Bussemaker en Speyer, tvier colleges ik. Uittreksel uit het dagverhaal eener reis door Midden-56. Het stijftioofdige bruidspaar; roman uit de tijd der 0.I. Omdat de jurist Brongersma Bomans had geadviseerd over staatkundige aspecten in de roman heeft Bomans zijn. Generaal en de gelukkige bezitter eener bloeiende. De zeer oude geschiedenis van Prinses Stoepje, p.305. DE VROUWEN VAN HET LEYCESTERSCHE TIJDVAK. TWEEDE DEEL — HOOFDSTUK VI. Wijndrik had toch gelijk: Nicolaas de Maulde kwam weder; zelfs kwam hij op het gewone uur, en hiermede was dus Ada’s vreeze in ’t. Kleine beschadiging kaft achter. Trefw.: roman; historie; oorspronkelijk. Prinses Marianne Van Oranje. Het Sprookje eener Prinses . Sinds de jaren vijftig van de twintigste eeuw hanteert de familie de Flines een eigen systeem van. Album met foto's van de feestelijkheden Professor Van Hamel mijn. Kronenberg te Deventer, die een ivakend oog. Jieeft laten gaan over mijn proefschrift ; aan Dr. Ullrich. te Brandenburg a. H., die den hem onbekenden buitenlander. Gro- . ningen, den Haag , Leiden en Amsterdam, en vooral aan. Dr. Van Slee , Bibliothecaris van de Athenaeum- bibliotheek. Deventer; en verder aan alien, die mij op eenige wijze him. Wie zich van den oravang van dit succes wil. Dr. UUrich: Robinson. Robinsonaden ^). Het boek werd niet slechts herhaal- . Het zou daarom moeten verwon- . Defoe. En wat we. Dr. Ullrich, die ook verschillende nederland- . Robinsonades noemt. In de bestaande geschiedwerken. Wolff en Deken vrij. Robinson nnd Robinsonaden. Bihliographie , Geschichte, Kritik. Ein. Beitrag zur vergleichenden Litteraturgeschiehte , im besonderen ziir Geschichte. Ro. 7nans lotd sur Geschichte der Jugendlitteratur. Aanvu. Uingon hierop zullen verschijnen in den. Zeitschrift fiir Biicherfreunde. Wei lieeft Ten Brink. Romans in Proza een afzonderlijk lioofdstuk gewijd. Niet veel rijker is de. Is een onderzoek naar de duitsche Robin- . Romans in Proza door Prof. Jan ten Brink (Leiden 1. Voor een deel schrijft hij Taine na; vgl. Verder geeft hij niets dan. UUrichs bibliografie, en dat nog vluchtig en niet altijd. Wakherscke Rohi)ison. Ullrich w. 61 te vinden , en de Gevallen van den Oude en Jongen. Robinson bestaan niet uit een, maar uit twee deelen, zooals Ullrich duidelijk. Daarenboven strekt zich Ten Brinks werk uit over de geheele. Eobinson- literatuur , on behandelt dus de nederlandsche Bobinsonades. Hij besteedt er niet meer dan 3 bladzijdon aan, geeft. Schotel: Vaderlandscke. Volksboeken en Volkssprookjes (1. II 1. 58 . Populaire Prozaschryrers der XVIIe en XVIII^ eeutv. Fred. Tweede Bundel. Haag 1. 88. 9); aldaar p. Ullrich in Zcitschrif't fiir vergleichende Literaturgeschichte N. VI 2. 59. vlgg.; Ullrich antwoordde in hetzelfde tijdschrift N. Kruseman: Aanteekeningen betreffende den Boekhandel van Noord- . Nederland in de 1. Amsterdam 1. 89. 3); aldaar p. De uit- . komsten van ons onderzoek kunnen dus tevens dienen. Nederland der ISde eeuw. Die resultaten mogen. Hjdend zijn, het moge blijken, dat men zich. Hollandsch las en zich niet uitsluitend tot. Fransch beperkte, met weinig tevreden stelde, dit mag. Vooraf gaat een. bespreking van den Bobinson Crusoe, van zijn succes en de. Daarna wordt er op gewezen, dat het motief. Defoe, het leven van een eenzamen schipbreukeling. Hierbij sluit zich dan aan : primo. Robinsonades; secundo. Robinson in Deutschland bis zur Insel Felsenburg. Ein. Beitrag zur Litteraturgeschichte cles 1. Zooals uit. de volgende bladzijden zal blijken, beschouwde de acht- . Robinson als een avonturier. Vandaar dat. een groot deel der onder inspiratie van Defoe's schepping. Spanje herkomstige romans del. Door deze overeenkomst tusschen. Dit is echter de stelling omkeeren, wat, even- . Man muss sich natiirlich. Schar das zu betrachten , was nach. Met het eerste. deel van Uilrichs definitie daarentegen ben ik het volkomen. Robinsonades laat gelden alle tver. Jcen^ die of den naam. Robinson dragen , of het hoofdmotief van den Robinson Crusoe. London: Printed for W. Taylor. at the Ship in Pater- Noster- Roiv. Nog voor het. einde van het jaar waren 4 herdrukken van het boek. London : Printed for. W. Taylor at the Ship in Pater- No ster- Row. Ook. dit werk beleefde verschillende uitgaven. London: Printed for W. Taylor, at the. Ship and Black- Sivan in Pater- noster- Row. Van dit. deel evenwel geen herdrukken; het werd gelezeii, doch. Ofschoon hij. nergens zijn naam noemde, was het niet lang een geheim. Daniel Defoe. Zijn naam als autem- was te bekend. Niets is minder w^aar. The Life of Daniel Defoe (London 1. Ook diens. Inleiding op zijn uitgave van den Eobinson Crusoe p. Hij diende daarna nog eenige Jaren. In 1. 71. 1 was hij in Engeland teruggekomen; in. Rogers een besehrijving van zijn. Sel kirks avon- . In 'tzelfde jaar publiceerde Capt. Edward Cooke. Selkirks lotgevallen ^); in 1. Steele in The En- . Ung- ). Al het andere. Bovendien is de meening, dat. Defoe alle voordeelen voor zich zou hebben gehouden. Taylor, die 5 jaar na 't verschijnen als een vermogend. Zie voor dit en andere verzinsels omtrent Defoe. Zeitschrift filr Biicherfreiinde (achter Jahrgang 1. Ullrich: Der Robinson- My thus. Velen meenen, dat Juan Fernandez het. Selkirk en Defoe had. Juan Fernandez ont- . Defoe's werk, welke het eiland plaatst near. Mouth of the Great River of Oroonoque. Het. derde komt voor ons doel niet in aanmerking. Van een. geheel ander karakter dan de beide voorgaande, bevat. Met breedsprakigheid richt de schrijver verma- . De bewerhig van. Defoe, dat de eerste twee deelen allegorisch bedoeld. Al vroeg heeft hij een onweerstaanbare neiging tot. Een nauwkeurige herdruk van de eerste uitgave is l)ozorgd door. William Lee, gei. Uustreerd door E. Griset; een zeer goedkoope jubiieum- . The Cbandos Classics, en. The Life en The Farther Adventures. Zie over deze uitgave. Dr. Ullrich in Herrigs Archiv LVII Jahrgang, CXI Band. Nu doet hem zijn kwaad gesternte in slavernij. Salee. Door Hst weet hij. Hjke handen van een portugeeschen. Brazihe. In dit land aan- . Robinson , zich voorloopig te wijden. Maar reeds in 't volgend jaar. Afrika. gaan om slaven te haien. Op weg naar dit werelddeel. Zwemmende bereikt onze held. Hij weet niet. waar hij is, of er menschen in de buurt zijn of niet. Uit. vrees voor wilde dieren zoekt hij een slaapplaats in een. Den. volgenden morgen echter, als de zon schijnt over de nu. Hij ziet zijn. schip dicht bij 't strand en zwemt er been. Niemand is. meer aan boord ; alien zijn verdronken. Maar voor klagen. En zulk een tocht herhaalt hij zoolang . Dicht. bij zijn gewone landingsplaats is in een rots een hoi . Hij bevindt zich op een. Van menschen of groote diereii geen spoor. Dit. stelt hem gerust. En als hij zijn verblijfplaats beter. Voor winterprovisie worden. Wei gaat alles eerst langzaam, daar zijn kunstvaar- . Tegen. hard werken ziet hij gelukkig niet op; anders toch zou. Nu ziet hij, hoe weinig een mensch. Dan had hij niet. Dan ook zou hij iemand. Thans is zijn pape- . Zoo. voelt hij in den eersten tijd telkens het gemis aan gezel- . Hij noemt zich oppermachtig. Wei ziet hij er. niet vorste. Hjk uit met zijn kleeding van geitevellen en. Wei heeft hij God geprezen na zijn eerste schip- . Eerst een zware ziekte, waarin hij. Na zijn herstel. is hij een ander mensch ; voortaan ziet hij in alles wat. Gods hand ; hij viert geregeld den Zondag. Bijbel. Eens ziet hij op 't strand, aan een. Dit gezicht brengt hem. Hoe hij thuis gekoraen en den wal over- . Is het eiland dan niet onbe- . Eenigen tijd durft hij zich niet buitenshuis wagen. Hij ziet de sporen. Maar toch is hij in 't. Soms ziet hij wilden; dan evenwel. Nu komt hem. de grot goed te pas , die hij voor korten tijd ontdekt. Eens in een storm- . Zou. thans misschien het uur van zijn bevrijding slaan? Of. zou de storm hem mogelijkerwijze een lotgenoot brengen? Helaas. 's morgens ziet hij het schip gestrand; hij roeit er heen. Wei. vindt hij geld, goud en zilver; maar wat baat hem dit? Toch neemt. hij de schatten mee en verbergt ze in zijn grot. Op een. zekeren morgen evenwel ziet hij een troep wilden om een. Robinsons kasteel. Deze , die dit alles heeft aangezien . Nu is zijn. wensch vervuld ; nu heeft hij een metgezel , en vol ver- . Hij verzorgt den geredde goed, en spoedig zijn. Friday (zoo zal hij heeten naar. Engelsch spreekt en l)egrip krijgt van den. De nu volgende jaren vormen. Robinson. Hij. houdt van Friday als van een zoon , met wien hij alles. Thans ook gaat iiet werk veel vlugger . Reeds v^orden er toebereidselen. Als vi^eer een troep w^ilden landt . Robinson onder hen een blanke. Nu mag hij nog. minder dan tevoren lijde. Ujk toezien ; hij redt den onge- . Spanjaard , en tevens een wilde , in wien. Friday zijn vader herkent. Dezen vertellen , dat nog 1. Spanjaarden bij de w^ilden wonen , v^aarop Robinson hen. Doch hij zal hen. Met list. verijdelt Robinson dit plan en maakt zich meester van. En hiermee is het uur zijner bevrijding. Geheel ontroerd, omdat God hem eindelijk de. Hij trouwt nu en wil voortaan na zooveel weder- . Wei. verdiend mag daarom de opgang heeten, dieii het boek. Een enkele blik in. Ullrichs bibliografie is voldoende, om daarvan te over- . Jaar op jaar verschenen in Engeland nieuwe. Ullrich noemt er 1. En ook buiten Engeland trok Defoe's roman. Bewerkin- . gen bleven hier evenmin uit; die van Campe is zelfs bijna. Met een. fransche en een nederlandsche vertaling uit de jaren. In den hierover. ontstanen tmst mengde zich ook Defoe door in de voorrode van het. Cos' handehvijze te protesteeren: . By this they leave the Work naked. Ornaments .. The Injurj- - these Men do the Proprietor. Work, is a Practice all honest Men abhor; and he believes he. Difference between that and Robbing. Highway, or Breaking open a House''. Zie over. dien twist Kippenberg t. Wat in deze verdichtin- . Aan avontuurhjke. Tal van onverw^achte ge- . Zal hij ontkomen, en hoe? Ook van in den loop van 't verhaal nieuw. Avontuur stapelt zich op. Evenv^^el. 1) Ullrich t. Belialve de daar genoemde bewerkingen. De voorstelling van een vrouwendienst als. Beide genres vertoonen ge- . In den heroischen. De verhaaltrant van den picaro is. Hij spreekt in een eenvoudigen toon, verhaalt. Daarbij treedt hij voor alles op als. Over zich zelf en zijn onge- . Geboren. uit ouders, die 't een of ander nederig beroep vervullen. Hij ontmoet geen vorsten, in goud of. Bias, nog de. beste onder zijn medepicaro's , die over 't algemeen galge- . Bias heeft tenminste nog zekero eerlijkheid en wordt steeds. Maar zijn deugdzaamheid spruit voort niet uit een. Hij heeft meer nega- . Bosboom- Toussaint/De vrouwen van het Leycestersche tijdvak/De Maulde. Reeds voelde, reeds zag het Ada, welhaast ook zouden anderen het zien; de verbintenis met haar was hem een last geworden, dien hij all. Ik vree ze veel meer, dat gij die tegengaat, en dat zij u zeker zal te ge moet komen op den weg, dien gij nu zijt ingeslagen. Ik bidde niet van God, dat zij u d? Luistert, lieve lezeressen! Het leed, dat wij u voorstelden, . Zoo had zij eene wijle de Maulde! Zij had zich namelijk ingebeeld, dat de jonge Graaf Lodewijk van Nassau, dien zij van tijd tot tijd had ontmoet op feesten en In haar prinselijken familiekring, zich tot haar getrokken voelde door eene andere stem dan die der verwantschap; en hoe meer ze die inbeelding toegaf, hoe meer die haar lief werd. De jonge schrandere Graaf had wellicht iets van den indruk, dien hij teweegbracht, opgemerkt, en wellicht had zijne gewone hoffelijkheid er eene meer ridderlijke tint door gekregen; want eene zulke vrouw in zijn belang te hebben, was hem als ridder en als staatsman, die zijne fortuin nog moest maken, niet onverschillig; maar zijn hart was reeds niet meer vrij, en nooit kon het werkelijk in zijne plannen liggen, om eene vrouw als deze, tot wier verkrijging wettige banden moesten verbroken worden, zijne hand te bieden; en de Prinses meende juist dat hare fortuin, eenmaal van die des Prinsen de Chimay gescheiden, reeds op zich zelve eene groote verlokking moest zijn voor een jongeren zoon uit het geslacht der Nassau. Dit alles nu lag in haar geest, niet als vast plan, als geregeld ontwerp, want dan zou zij zelve er spoedig van teruggeschrikt zijn, maar als onbestemde wensch, als onuitgesproken hoop, en de politieke betrekking, die de Graaf met haar had aangeknoopt, was haar voorwendsel en voedsel tegelijk voor die hersenschim. Men begrijpt dus hare gereede inschikkelijkheid voor de betoogen en vermaningen van zijn strengen Frieschen geheimschrijver, waarvan zij intusschen heimelijk afweek, zoo haast een nevenbelang (Cosmo. Lieuwert Manninga daarentegen, eenmaal de opdracht van zijn heer aan haar vervuld, en de andere zaken met haar afgedaan hebbende, en ziende, dat zij van die vrouwen was, die gewillig raad hoorden, maar toch eigen weg volgden, of ze niet hadden geluisterd, liet haar aan zich zelve over, en te eerder, daar menigte van ernstige politieke verwikkelingen hem te Utrecht bezighielden. De Prinses zag die koelheid en die onverschilligheid met een ander oog: zij hield die voor opzet en ongenoegen over haar verachteloozen van zijn raad, en haar aanknoop en van eene nauwere betrekking met de Maulde. Toen ging de Prinses nadenken: Cosmo had nu eenmaal zijn rang bij het leger, zijne eerste vorderingen waren voldaan; de Maulde had de vreugd gehad, onder zijne mededingers onderscheiden te zijn, en niet enkel in den bonten kring van hare ontvangzaal, maar zelfs in den meer beperkten van haar boudoir te zijn toegelaten. De bloemkrans, waarmede zij de Maulde al spelend had omslingerd en aan zich vastgehecht, en dien ze even snel en vaardig meende los te winden, was een ijzersterke keten, waarvan hij eischte, dat zij de helft zou torsen, en dien hij tot geen prijs vrijwillig verbreken zou! Uit onrust ijverzuchtig geworden, werd hij veeleischend, heerschzuchtig, aanmatigend, kwelziek, als zij het noemde; hij was in waarheid niets voor haar geweest, dan een hulpmiddel, eene afleiding; nu werd hij iets hinderlijks; hij moest worden weggedaan. Zij begreep niet eens, dat eene toewijding van geheel zijn wezen, zooals de jonge Baron haar die bracht, ten minste eenige verschooning eischte, ten minste eenig medegevoel vroeg, ten minste rechten gaf, die ook mochten gelden. Graaf Lodewijk van Nassau vertoonde zich niet te Utrecht; hij schreef haar niet eigenhandig; zijn secretaris was wel opnieuw tot haar gekomen van zijnentwege, maar zijne bezoeken waren vluchtig, hadden kennelijk geene aanleiding dan zijn ambtsplicht, en hij uitte zich niet meer over hetgeen haar persoonlijk betrof. Toen, tot een uiterste gebracht, liet zij zichonbedachtzaam wegslepen tegenover Manninga tot een vertrouwen, waarin hare geheime wenschen en verwachtingen maar al te helder doorschemerden; doch de eerlijke Fries, zijns meesters vertrouweling op meer dan . Zij verborg hare teleurstelling zoo goed zij kon; maar hij vond in haar daarna niet meer de gewillige volgzaamheid aan de politieke inzichten van zijn meester, die hij eerst had opgemerkt, en bij eene aanmerking op dit punt kwam het tot verwijtingen en verklaringen, waarbij men in onmin scheidde. Intusschen had hare wijze van handelen, hare verachteloozing der Leycestersche partij en hare samenstemming met den zendeling van Graaf Lodewijk de aandacht gewekt van sommige heftige voorstanders van den Gouverneur- Generaal. Van wantrouwen in hare vaste aanhankelijkheid kwam men tot vermoedens van ontrouw, van deze tot werkelijke achterdocht, en de laatste leidde tot eene gissing, die haar gevaarlijk kon worden. Prouninck had ontdekt, dat er geheime bij. De intrige- geest der Prinses was bekend; haar huis was . De aandacht van den waakzamen Burgemeester was dus alreede op dat huis gevestigd. Sinds het gebeurde met Jan Cornelisz. Hij begaf zich dus op zekeren dag naar de Prinses, maar daar Prouninck gewoonlijk meer drift dan list tot zijn dienst had, begon hij met haar heftige verwijten te doen, dat zij zich had geschaard aan de zijde van Leycester. De Prinses deed, zooals de meeste onschuldig betichten; zij verwaardigde zich niet eens te ontkennen, en tergde den Burgemeester uit tot een onderzoek, dat zij niet vreesde. Die stoutheid bevredigde Prouninck beter dan de sterkste ontkenning; toch durfde hij er niet in berusten, en hij nam zich voor van de gegeven vergunning gebruik te maken te zijner tijd; maar dit maakte niet de rekening van meester Andries, als wij ons herinneren, de trouwe dienaar van heer Aelbrecht Foeck, schoon in werkelijken dienst der Prinses. In de voorzaal op wacht, had de luide stem van Gerard Prouninck hem met alles bekend gemaakt, en ook eene zachtere ware aan zijne opmerkzame aandacht en scherp luisterend oor niet ontgaan. Een onderzoek, dat de veiligheid van zijn meester en diens vrienden in de waagschaal stelde, moest voorkomen worden tot elken prijs. Hij geloofde zekerheid te hebben, dat er meer, veel meer te vinden was, en dat de rijke bezittingen van . De personen, die aanspraak konden maken op die goederen, waren dood of niet meer in . Misschien had de Burgemeester vermoeden van zoo iets, en was dit meer dan iets anders de eigenlijke reden, dat hij nasporingen wilde daarstellen in haar huis, en het andere slechts voorwendsel; maar het voorwendsel bestond en moest worden weggenomen, oordeelde de Prinses, door eigenbelang gescherpt. Andries, dien zij haar getrouwe noemde, werd een goed deel der te vinden schatten toegezegd, en hij werd reeds terstond met handen vol goud beloond. Eindelijk had zij haar middel gevonden: zij liet om Cosmo zenden. De nieuwe luitenant verscheen, . Mylord Leycester is niet de man, om zulk verraad te vergeven.! Ik heb hem eed gedaan en trouwe gezworen, toen ik mijn degen aanvaarde. U dank ik niets; wij hebben handel gedreven, daarbij gij niet aan den slechtsten koop zijt geraakt. Alleen, zoo ge uw doel treffen wilt, rade ik u aan, die oproeping eerder heden te doen dan morgen; want hij is van meening, morgen met geheel zijn compagnie nieuwen eed te doen aan de Staten. Daarna, begrijpt ge, zou zijne tuigenis voor u niet veel gelden! De jonge cavalier was te over vermetel in zijne eischen; plichtbesef en eergevoel dwongen mij, hem uit mijne nabijheid te verbannen.? Ik ben, onder de verachtste en verworpenste menschen, de meest ellendige en verworpene; maar dit is waarheid: ik heb maar . Gij ziet, Principessa! Uw vorstinnenwoord behoeft dan bij hem niet meer te geiden dan dat van een ander.! Dat zij slaagde, heeft misschien sommigen verwonderd: en men vindt er in de Maulde eene zwakheid, die hem alle leed en smart, welke hem op dit pad wachtte, waardig maakt; maar men bedenke zijne jeugd, zijn hartstochtelijk karakter, de stemming zijner ziel, juist op dat oogenblik. En werkelijk hij hoorde; en Maria de Brimeux, hetzij, waar zij zich zelve bedroog en meende waarheid te spreken, hetzij, waar de noodwendigheid der zelfzucht haar dwong, alle bedenkelijke redenen tot verschooning van het verledene aan te voeren, Maria de Brimeux zelve sprak tot den jongen Baron, juist op dien toon, waarin zijn eigen edelmoedig hart reeds voor haar had gepleit. Men denke dus, hoe ze werd aangehoord. Wij volgen den gang eener betrekking niet, waarvan de arme Ada Rueel het eerste den smartelijken invloed ondervond; men begrijpt dat zij toch niet de . Het lust ons niet ons raadvermogen in te spannen, om u de kunstgrepen aanschouwelijk te maken, waardoor eene zulke vrouw opnieuw hare heerschappij vestigde over zulken man, en misschien zou men toch, na die poging, den roman kunnen verdenken van onwaarschijnlijkheid. De werkelijkheid is niet te verdenken, en het verleden, het tegenwoordig, en de toekomst, zijn alle daar om de waarheid van zulke toestanden te bewijzen. Menige Ada Rueel, met hare vrouwelijke deugden, met hare liefde, met hare trouwe wordt er overzien en verachteloosd; menige Prinses de Chimay, met hare blinkende ondeugden, met hare schaamtelooze zelfzucht, met hare koele loszinnigheid, trekt de hulde van harten tot zich, die zij allen aanneemt om ze te verguizen en te verbrijzelen. Toch strekte alles, wat hij opmerkte, om zijn argwaan gerust te stellen, die in waarheid zonder oorzaak was. Maria had vroegere hoop en verwachting opgegeven voor dat oogenblik; zij geloofde opnieuw aan Leycester. De Maulde ook was gelukkig; .
0 Comments
Leave a Reply. |
AuthorWrite something about yourself. No need to be fancy, just an overview. Archives
December 2016
Categories |